-
1 andeuten
andeuten1 (bedekt) te kennen, te verstaan geven ⇒ zinspelen op, een toespeling maken op2 (vluchtig) aanduiden ⇒ (even) aanroeren, aanstippen♦voorbeelden:2 ein Problem kurz andeuten • een probleem kort aanroeren, aanstippen1 zich aftekenen, zichtbaar worden ⇒ zich aankondigen
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский